De Olympische Spelen voor historici

Tussen 22 en 28 augustus 2010 werd in Amsterdam het International Congress for the Historical Sciences (ICHS) gehouden. Op voorhand werd dit evenement, waar zich meer dan 1700 historici uit de hele wereld voor hadden aangemeld, al de ‘Olympische Spelen voor historici’ genoemd.

Elke congresdag werd afgesloten in het Holland History House, op de binnenplaats van het Amsterdams Historisch Museum: drankjes, muziek, discussies en veel kans op informele ontmoetingen. (Foto: Nationaal Historisch Museum)

Normaal ben ik niet zo’n congresganger, ik verkeer ook niet in een positie dat reis en verblijf zo maar door mijn werkgever worden bekostigd, maar in dit geval vond ik dat ik er maar eens een paar dagen bij moest zijn. Gelukkig kon ik iets regelen op het werk en vanaf de opening op zondag in het Muziektheater tot en met de woensdag heb ik vele bijeenkomsten bijgewoond. Mijn doel was om eens te horen wat binnen de historische wereld de ‘trending topics’ zijn en wat je de komende jaren dus als aanbod kunt verwachten, als uitgevert van historische boeken zijnde. Anderzijds wilde ik ook flink wat contacten leggen tijdens de sessies en na afloop in het Holland History House.

Wel, het viel niet tegen. Het waren doorgaans heel interessante bijeenkomsten, met goede onderwerpen zoals ‘de val van Grote Rijken’ of ‘Reizen door de eeuwen heen’. Sommige sessies beloofden misschien meer dan ze waar konden maken en andere bleken juist verrassend te zijn. Wat af en toe wel tegenviel waren de presentatiekwaliteiten van sommige historici. Tekst van een papiertje opdreunen, soms in een onbegrijpelijk soort Engels, mislukte powerpoints, of helemaal geen ondersteunend beeld, de zaal niet aankijken, terwijl je in mijn ogen al die dingen als historicus juist wel goed moet kunnen. Een historicus die zijn kennis en inzicht niet op anderen weet over te dragen, moet zich werkelijk afvragen of hij niet een ander vak moet kiezen.

Gelukkig heb ik ook veel goeds gehoord. Het waren vaak de Engelsen en Amerikanen die wél wisten hoe ze hun gehoor moesten boeien. De Amerikaanse Margaret Jacob was daarom voor mij een van de beste sprekers op het congres. De in Nederland werkzame James Kennedy veroverde het zilver en, wat mij betreft, ging het brons naar Felipe Fernandez-Armesto, van half-Spaanse origine, maar een geboren Brit. Hij hield zich niet aan zijn ingestuurde paper, dat toch maar ‘boring’ zou zijn, zo hield hij zijn verbijsterde publiek voor en gaf vervolgens een mooi geïmproviseerd betoog ten beste. Een eervolle vermelding is weggelegd voor de jonge historicus Matthew McCarthy met zijn lezing over de kaapvaart in Zuid-Amerika.

De Olympische Spelen voor Historici worden vooralsnog gedomineerd door de Angelsaksische wereld.

1 antwoord
  1. Freya van der Valk
    Freya van der Valk zegt:

    Hoi Ad,
    ik vond het fijn dat je ons via twitter op de hoogte hield van wat er gebeurde. Had het te druk om via twitter te reageren (of om überhaupt bij dit ‘gebeuren’ aanwezig te zijn). Heb het wel met 1 oog in de gaten kunnen houden door jou. Dank je wel!

    Beantwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *