Maritiem erfgoed in Heemstede
Wanneer we het hebben over ‘maritiem erfgoed’ denken de meeste mensen aan iets dat met de zee te maken heeft. Dus aan schepen, scheepswrakken, havens en haveninstallaties bijvoorbeeld. Of, vooruit, aan shantyliederen, haringparty’s en visserstruien. Maar er bestaat ook maritiem erfgoed op binnenlandse schaal. Bijna alle plaatsen in Nederland (ik heb me laten vertellen dat alleen de gemeente Vaals in Zuid-Limburg elke maritieme relatie ontbeert) bezitten wel iets van maritiem erfgoed, in de vorm van bevaarbare rivieren, meren of kanalen met een verhaal dat belang heeft voor de maritieme geschiedenis.
Mijn woonplaats Heemstede is vooral bekend vanwege zijn fraaie ligging op de oude strandwallen, de bijbehorende buitenplaatsen en de grootschalige verkavelingen tot forensendorp in de jaren 1918-1940. Maar Heemstede bezit ook volop relaties met water en scheepvaart. De plaats wordt gekenmerkt door enkele belangrijke noord-zuid waterlopen, het Spaarne, de trekvaart Haarlem-Leiden en de Ringvaart van de Haarlemmermeer. Daarnaast zijn er oost-west verbindingen, zoals enkele oudere natuurlijke duinbeekjes en gegraven waterlopen als de Blekersvaart en het Heemsteeds kanaal. Samen vormen die een netwerk van waterwegen waarover men sinds mensenheugenis heeft gevaren, met zand, passagiers én vuile was en in allerlei soorten en maten van schepen. En natuurlijk ook voor de lol, recreatievaart is in onze tijd net zo belangrijk geworden.
Beekjes en vaarten
De oude beekjes tussen de duinen en het voormalige Haarlemmermeer waren niet zozeer bevaarbaar, maar leverden schoon drinkwater, wat van belang was voor de boerenbedrijven die zich aan de rand van de strandwallen vestigden. Dat deden ze al in de vroege middeleeuwen, vondsten getuigen van bewoning uit die tijd of nog ouder. Sommige boerderijen werden later tot buitenplaatsen voor rijke stadsbewoners omgevormd. Op een van die buitenplaatsen, Leyduin geheten, kreeg de toenmalige eigenaar Van Lennep in 1850 het idee om dat duinwater via een gietijzeren leiding naar Amsterdam te transporteren. Aan de Willemspoort werd het daar voor 1 cent per emmer verkocht. Dat natuurlijke duinwater raakte snel op en daarom ging men ertoe over om water vanuit de Rijn in de duinen te infiltreren, zoals nog altijd gebeurt.
Daarnaast zijn er nog een paar beekjes, zoals de Glipperbeek en de Van Merlenvaart, die ooit ook een natuurlijke beek was. Op de voormalige buitenplaats Bronstee is zelfs een natuurlijke bron, waar schoon duinwater via een ondergrondse beek opwelt en een vijver deed ontstaan: de Bronsteevijver waar je nog altijd in schoon water kunt zwemmen. De met de vijver verbonden Bronsteevaart watert af naar de rivier het Spaarne.
Een ander belangrijk watertje is de Blekersvaart. Vanouds waren aan de duinrand vele blekerijen gelegen, niet alleen in Heemstede, maar ook in Haarlem, Overveen en Bloemendaal. Vuile was werd per schip opgehaald in Haarlem en Amsterdam, gewassen met het schone duinwater en op grote bleekvelden gedroogd. Daarna voeren de schuiten met de schone was weer over de Blekersvaart via het Spaarne terug. Toen eenmaal het netwerk van trekvaarten zijn beslag kreeg, vanaf het midden van de 17de eeuw, bleek die verbinding ook uitermate geschikt voor het wasvervoer. De wasserijen werden weer later stoomwasserijen en de omgeving van de Blekersvaart had tot het midden van de 20ste eeuw daardoor een wat industrieel karakter. Daar zijn nauwelijks nog sporen van over. De Blekersvaart gaat over in de Zandvaart, waarlangs ook schuiten met duinzand en schelpen richting het Spaarne voeren, totdat die functie werd overgenomen door het verderop gelegen Heemsteeds kanaal.
Trekvaart
Heemstede was een belangrijke plek op de trekvaartroute tussen Haarlem en Leiden die in 1657 werd open gesteld. Die trekvaart bestond deels uit bestaande, vergraven beekjes, maar er werden ook hele stukken van het traject nieuw gegraven. Ter hoogte van het huidige treinstation Heemstede-Aerdenhout stond de tolpoort aan de Leidse Vaart. Iedereen die gebruik wilde maken van het jaagpad moest tol betalen. Over de aanleg en de exploitatie van die trekvaart zijn intussen complete boeken geschreven, men moet zelf maar even nalezen in de Atlas van de trekvaarten.
Spaarne en kanaal
Het Spaarne is een oude veenrivier, de verbinding van het Haarlemmer Meer met het IJ. Al in 1285 werd een dam met sluizen gebouwd bij Spaarndam om het water van de Rijnlandse boezem te beheersen. Vanaf 1852 is het Spaarne aan zijn andere uiteinde verbonden met de Ringvaart. In 1916 werd in Heemstede vanuit het Spaarne een kanaal westwaarts gegraven dat lange tijd diende om kolen naar de nieuwe Heemsteedse gasfabriek te transporteren; zand en schelpen vanuit duinafgravingen gingen per schip de andere kant op. Heemstede kreeg daardoor een heuse haven waaromheen zich een industriegebiedje ontwikkelde met behalve die gasfabriek onder meer een asbestfabriek, de Nefabas. Die fabriek vertrok en ook aan die afgravingen van de duinen is – gelukkig – een eind gekomen. De Heemsteedse haven verloor de afgelopen decennia zijn industriële karakter en zeer recent is hij omgeturnd tot een aantrekkelijke plek voor recreatie met ligplaatsen voor jachten. Er is nu zelfs een grand café met een mooi terras aan het water.
Aan de oostzijde van Heemstede zijn door de verkavelingen in de jaren ’20 en 30 van de vorige eeuw enkele woonwijken prachtig aan het Spaarne komen te liggen, zodat de bewoners daar met hun eigen roei- en zeilbootjes konden varen. Toevallig ben ik in één van die wijken opgegroeid en alle kinderen, ik ook, hadden rubberbootjes. Ook aan Het Spaarne vinden we een op traditie gestoelde watersportvereniging die er al sinds 1885 zijn sfeervolle onderkomen met botenhuis heeft. Een kleine inham aan het Heemsteeds kanaal biedt sinds 1959 thuishaven aan een groep zeeverkenners en is van belang voor maritieme educatie en botenbouw.
Ringvaart
En dan is er natuurlijk nog de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder die voor een groot deel langs Heemstede loopt met het gemaal Cruquius. De verhalen die met de Ringvaart en ‘de Meer’, inclusief zijn drooglegging, zijn verbonden vormen een hoofdstuk apart. Ik heb hier in deze Thuishoek slechts wat maritieme plekken willen uitlichten die je op een willekeurige wandeling door Heemstede tegen kunt komen. Dit onderzoeken van zogeheten ‘blauw erfgoed’ is een leuke bezigheid en kun je feitelijk in elke plaats doen en het gebeurt gelukkig steeds meer. Maritiem erfgoed is overal en de verhalen liggen er voor het oprapen, ‘opvissen’ zo men wil.
(Dit blog is eerder verschenen als Thuishoek van Holland Historisch Tijdschrift)
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!