Rients van der Zee achter de toonbank van zijn winkel Oude Delft 103, ergens tussen 1913 en 1919.

Rients van der Zee achter de toonbank van zijn winkel Oude Delft 103, ergens tussen 1913 en 1919. (Met dank aan mijn neef Jan Koster voor de foto)

Laat ik het weer eens over mijn opa hebben. Ik had het hier al eerder over hem, in zijn hoedanigheid als economische vluchteling vanuit Friesland naar het Westen. Ik heb hem nooit gekend, hij stierf 10 jaar vóór mijn geboorte. Het weinige dat ik weet heb ik van horen zeggen of uit wat de archieven over hem vertellen. Laat ik daarom eens op een rijtje zetten wat ik nu eigenlijk wél van hem weet.

Rients van der Zee werd geboren in het Friese Sexbierum (Barradeel), op 14 oktober 1886, als achtste kind van Haring Janszoon van der Zee en Engeltje Ekes van der Velde. Van die acht waren er al twee voor hun eerste jaar overleden, zodat Rients opgroeide met vijf oudere broers en zussen. Na hem werden nog drie meisjes geboren, Sietske, Froukje en Klaske. Omstreeks 1905 vertrok Rients uit Friesland om in de leer te gaan bij een winkelier in manufacturen. Dat was in Schagen, maar daar heeft hij verder geen sporen in archieven achtergelaten. Wel liet hij voor hij verder trok nog een foto van zichzelf maken.

Rients van der Zee in 1908.

In 1908 duikt hij op in Delft. Hij had zich daar ingeschreven als kostganger bij de weduwe Wollen, aan de Oude Langedijk nr 4. Als zijn beroep staat ‘winkelbediende’ vermeld. Rients toont ambitie, want een paar jaar daarna, in 1912, heet hij ‘reiziger in manufacturen’ en woont hij aan de Brabantse Turfmarkt, op nr 68. Dan gaat het snel met hem. Hij leert een meisje kennen, Antoinetta ‘Nettie’ Kerkhof, de dochter van een houtzager aan de Buitenwatersloot. Zij is dan 21, hij 26. Ze trouwen op 1 oktober 1913, maar al een maand daarvoor had Rients zijn hoogsteigen winkel geopend, op de hoek van de Binnenwatersloot en het Oude Delft. Hij verkocht er Manufacturen, Garen, Band en Sajet. Het pand Oude Delft 103 is er nog, het huisvest tegenwoordig een makelaarskantoor.

De opening van de eerste winkel, september 1913. Advertentie in het blad van de Hervormde Kerk, Delft.

Wat zal hij trots zijn geweest, een eigen winkel! Aan een fraaie gracht in een keurige stad in Holland. Zie hem staan, met zijn stijve boord en zwierige snor achter de toonbank. De foto is niet best, maar het toont hem in vol ornaat als gearriveerde middenstander, belijdend lidmaat van de Nederlands Hervormde kerk en burger van de stad Delft. Wat een afstand tot het achtergebleven Friese platteland. Misschien zou hij er nog een filiaal bij openen, lid worden van de Kerkeraad of nog hoger! Rients en Nettie kregen zes kinderen die allemaal in leven bleven. De oudste zoon werd Haring genoemd naar zijn Friese opa. Hij stamt uit 1914. De jongste, mijn vader Frederik uit 1923 werd genoemd naar de vader van Nettie, Frederik Kerkhof. En de zaken gingen ook al zo goed, al in 1919, precies zes jaar na de opening verhuisde de winkel naar een nóg mooier pand, op de hoek van het Oude Delft en de Oude Kerkstraat, precies onder de scheve toren van de Oude Jan. Het gezin ging boven de winkel wonen, mijn vader is daar geboren. Er kwam zelfs een dienstmeisje in huis, en nog één. Ook dat pand bestaat nog en ook daar is, toeval, een makelaarskantoor in gevestigd.

Maar dan keert het tij. De verkopen dalen na het midden van de jaren ’20, de concurrentie neemt toe. Netties gezondheid gaat achteruit door reuma en zelf moet Rients op de fiets de boeren in het Westland langs, door weer en wind met zijn fournituren en sajet. Zijn jongste zus Klaske komt een tijdje inwonen aan de Oude Kerkstraat, ongetwijfeld om te helpen met de kinderen en de winkel. De dienstmeisjes werden ontslagen. Op 21 september 1925 valt het doek. Het faillissement wordt uitgesproken over ‘R. van der Zee, koopman te Delft’, door rechter-commissaris Mr W. Lunsingh Tonckens. Mr Van Nispen tot Sevenaer wordt tot curator benoemd. Wat zou de oorzaak zijn geweest? Niet de economische crisis, want die kwam pas jaren later. Niet meegaan met de tijd? Een verouderd assortiment?

Dan volgen enkele verhuizingen. Het mooie huis aan de Oude Kerkstraat moest worden verlaten. Het gezin vinden we terug als tijdelijk inwonend aan de Laan van Overvest en aan de Schoolstraat. Dat laatste adres was zelfs een soort opvanghuis van de Diakonie. De val was hard en diep. Gelukkig voor Rients en zijn gezin krijgt hij in 1932 een baan bij de gemeente Delft, als portier van de gasfabriek. Met het nieuw verworven inkomen kan ook weer een fatsoenlijk huis worden betrokken in de dan net gereedgekomen nieuwbouwwoningen aan de overzijde van het spoor, in de C. Fockstraat. Op nr 81 zou het gezin lange tijd blijven wonen, Rients tot zijn overlijden in 1947 en zijn vrouw, mijn oma Nettie, zelfs tot halverwege de jaren ’60. Ik heb er nog gelogeerd.

Tot zover de gegevens en de opsomming. Maar wat was opa Rients voor een man? Een harde werker, ongetwijfeld, maar ook moet hij zwaar teleurgesteld zijn geraakt in het leven. Zijn ambitie was geknakt door zijn faillissement en daar is hij nooit meer echt bovenop gekomen. Naar verluidt was het een wat barse, autoritaire man, met een kort lontje en losse handjes, die ook zijn kinderen niet spaarde. Hoe hij de komst van de Duitsers ervoer en of hij wellicht aanvankelijk enige sympathie koesterde voor de autoritaire harde hand van de bezetter is mij niet bekend, maar lijkt me ook niet onmogelijk.

De zomer van 1947 begon al vroeg warm en heet en zou nog warmer en heter worden, een van de warmste zomers van de twintigste eeuw. Desondanks vatte Rients kou. Zijn ziekte groeide uit tot een longontsteking en terwijl buiten de mussen van het dak vielen aan de C. Fockstraat, lag opa Rients in bed onder een stapel dekens in een potdichte kamer, bang voor tocht. Dat werd hem fataal en hij stierf uiteindelijk aan een hartaanval, op 1 juni 1947. Hij werd begraven op begraafplaats Jaffa in Delft en daar ligt hij nog steeds. Ik heb zijn graf bezocht.

Tot zover opa Rients (1886-1947). Ik had nog een opa, een totaal andere persoon die ik wél heb gekend, al was het maar kort. Maar over hem een andere keer.

2 antwoorden
  1. Annette
    Annette zegt:

    Een prachtstuk, Ad. Dit was ook míjn opa, lezers, en ook ík heb hem niet in levende lijve gekend, maar door dit stukje vind ik dat ik hem een beetje beter heb leren kennen.

    Beantwoorden
  2. Jan Koster
    Jan Koster zegt:

    Ik heb onze opa Rients nog 2 jaar meegemaakt. Helaas herinner ik me er niets meer van, ondanks het feit dat ik hem van zeer nabij ontmoet heb!

    opaRients.jpg

    Beantwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *